De ‘covidangst’ gaat viraal
Angst scheert hoge toppen in deze tijden van pandemie en terreur. Wat mij intrigeert en verontrust, is hoe angst afglijdt van een individueel fysische of mentale reflex naar een collectieve emotie.
Onze maatschappij groeit uit tot een permanente gevarenzone. Elk gebaar, van spreken tot groeten, wordt als een risico aanzien. Elk initiatief moet zich zodanig verzekeren dat de creatieve pit eruit is. Dat elkeen van ons angstig is om een accident mee te maken, het covidvirus of een kanker op te lopen, maakt deel uit van onze fysiologische overlevingsdrang.
Het commando om op gevaar te reageren, wordt gestuurd vanuit de hersenamandelen die in onze temporale kwabben liggen. Maar de angst uit zelfbehoud is nu omgeslagen naar een obsessionele angst voor de Andere en het Andere. Ons zijn wordt niet meer bepaald door punctuele angstgevoelens, maar door een duurzame semibewuste angstpsychose.
Dit vind ik zorgwekkend daar er nog veel ernstigere fenomenen komen opdagen die een collectieve angst rechtvaardigen. De verkrachting van de natuur met als gevolg de klimaatwijziging, natuurrampen, toenemende migratiestromen, toekomstige pandemieën, echte oorlogen zijn planetaire bedreigingen die onze miniplaneet wel eens zouden kunnen ontvolken. Je moet geen collapsoloog zijn om deze mondiale uitdagingen ernstig te nemen.
Ik som een paar redenen op waarom angst, individueel en collectief, in onze biotoop zit.
+ Wij denken van nature uit dat de omgeving ons meer bedreigt dan geruststelt. Sereniteit is verre van een gedeelde ervaring.
+ Wij worden het nulrisico ingefluisterd via een publieke opinie die elk incident verheft tot een fout van de anderen, overheid inbegrepen. Deze mythe is een rasechte leugen. Onze obsessie tegen alles en nog wat verzekerd te zijn, tast onze weerbaarheid en durf zwaar aan. (cf. opinie van Luc Bonneux in De Standaard van 12 april)
+ Wij worden geconfronteerd met onze ‘ont-menselijking’. Dag in, dag uit worden slachtoffers van de pandemie en andere rampen herleid tot statistieken, cijfertabellen en toekomstscenario’s waarop wij geen vat meer hebben. De doden worden data.
+ Wij voelen ons in het harnas gejaagd door de controlomanie. Overheden, medische adviescomités en bepaalde media hebben ons niet alleen aangemaand op veilig te spelen met onze gezondheid als bescherming tegen het SARS-CoV-2-virus, maar hebben een angst door ons strot geduwd.
Maskers dienen niet alleen meer als hygiënemaatregel, maar worden een bescherming tegen eigen herkenning. Dit veroorzaakt stress, die zich uit in mentale moeheid, gedeelde frustratie en agressiviteit. In periodes van angst trekken de mensen zich op aan autoritair opgelegde regels, die zij maar al te klakkeloos aanvaarden als hun nieuwe zekerheden. Daarin broeden zowel autoritaire regimes als sectaire religieuze bewegingen.
Onze democratie of particratie wordt ondermijnd door het opgelegde massadenken, controverse wordt een misdrijf. Dissidenten worden gehoond door de politici en hun administraties, bespot door de menigte en gestraft door het volkstribunaal.
Dit wordt de huidige sfeer, geen enkele redelijke lezer kan dit ontkennen. We zijn in ‘oorlog’ tegen een virus, dat geen oorlogsvoerder is. Wij dolen rond in een labyrint van tegengestelde berichten van experts, apocalyptische publicitaire spots, vaak met verkeerd geïnterpreteerde statistieken. Er is een hemelsbreed verschil tussen het opleggen van hygiënemaatregelen en de kuisdwang die we overal ervaren.
De afdelingen intensieve zorg mogen niet door covidpatiënten overbevolkt worden, andere zwaar zieken moeten ook nog perfect verzorgd kunnen worden, dat is correct. Maar ex-cathedra, zonder enige medische evidentie, een toegangsverbod uitvaardigen voor nabestaanden, zodat patiënten eenzaam lijden, is een brug te ver, die getuigt van ons beschavingsdeficit.
Nooit had ik me deze opkuis van een oudere generatie durven indenken in mijn leven als mens en als arts.
Een aantal beleidsmensen in ons land en in Europa hebben een enorme kans gemist om ons als verantwoordelijke burgers te beschouwen. Op de klassieke amokmakers en dommeriken – die er eeuwig zullen zijn – na, zou deze pandemie onze veerkracht en verantwoordelijkheid kunnen doen rijpen.
Maar neen, wij zijn behandeld als kleine kindjes die regeltjes moeten volgen, zo niet vliegen ze in de hoek als straf. En hoe reageert een kind op vermaning en verboden? Toch doen wat verboden is, wat de huidige revolte verklaart van een toenemend deel van onze bevolking.
+ Tussen alle vorige oorzaken hebben wij het het moeilijkst met onzekerheid. Voor mij is onzekerheid zelfs de belangrijkste motor van onze angst. De enige zekerheid die ons rest, is de confrontatie met onszelf. Eenmaal buiten ons nest vrezen we een tegenslag, alle mogelijke verzekeringspolissen ten spijt, ondanks de dagelijkse alarmbellen van overheden en het politioneel apparaat die ons hadden moeten geruststellen.
Onzekerheid in diverse sectoren maakt terecht deel uit van ons leven. De wetenschap als bron van controversiële studies en toevallige vondsten, de cultuur als milieu waarin elke afbeelding en voorstelling een deugddoende vlucht is naar hetgeen boven onze dagelijkse realiteit zweeft. Het werkmilieu waarin elke dag routine kan worden gebroken, de levensbeschouwingen, waarin de zoektocht naar hetgeen bestaat of niet bestaat elk denkend mens uitdaagt.
In mijn medisch beroep is onzekerheid vaak een troef ondanks de kennistechnologie die nu voor elke ziekte logaritmes uittekent om onze medische beslissing te gidsen.
Een ziekte is meer dan een geheel van symptomen, ze uit zich niet alleen via symptomen, maar ook via onze emoties, kennis en spiritueel vertrouwen. Daarin blijft altijd een grote dosis onzekerheid hangen. Onzekerheid wordt vaak als onkunde ervaren, dat is een misvatting, tenzij in acute situaties waar gericht ingrijpen dringend is. Een dosis twijfel is creatief, innovatief en soms ook risicovol. Te veel twijfelen wordt dan weer een toegeven aan te veel angst.
Kortom, zekerheid is een schijnbare verpozing, onzekerheid een permanente kwelling. Liever surfen op de gemene deler van opinies, een paar proteststemmen zouden ons kunnen doen onderduiken.
Ik weet niet of de angst ons zomaar zal loslaten na deze pandemie. Ze zou wel eens definitiever kunnen worden opgenomen in onze cognitieve wereld van gevoelens, gedachten en gedragingen.
Ik zie maar drie antidota tegen angst: onze kennis ontwikkelen, het in kaart brengen van wat wij denken te weten, maar nog niet echt weten.
Hopen op een periode waarin we zullen leren leven met de gedachte dat waarheid een eeuwige zoektocht zal blijven. Maar het belangrijkste is de relatie met de andere mens te bewaren. Nooit toegeven aan een opgelegde angstpsychose, nooit.
Réginald Moreels
Réginald Moreels is humanitair chirurg en gewezen minister van Internationale Samenwerking. Hij schreef dit opiniestuk op 14 april 2021.
‘De onmogelijke zoektocht naar het nulrisico’ door Luc Bonneux, De Standaard, 12 april 2021: https://www.standaard.be/cnt/dmf20210411_97662686