Oekraïne wil land ‘derussificeren’ met nieuwe wetten tegen Russische boeken en muziek: “Absurd, net wat Poetin wil”
We geloofden onze oren niet, maar het is waar. Het Oekraïense parlement heeft twee wetten goedgekeurd om de invoer van Russische boeken en muziek te beperken.
“Dit is absurd”, zegt Rusland- en Balkanexpert Johan de Boose. “Hiermee doen de Oekraïners exact wat Poetin wil: tonen dat het land fascistisch is terwijl dat eigenlijk niet zo is.”
Je kunt het recente (21 juni) radio-interview met Johan de Boose hier opnieuw beluisteren: https://radio1.be/oekraine-wil-land-derussificeren-met-nieuwe-wetten-tegen-russische-boeken-en-muziek-absurd-net-wat
Het volledige artikel vind je hier: https://www.vrt.be/vrtnws/nl/2022/06/21/nieuwe-wetten/
Nog meer van Johan de Boose lezen?
Is de Russische taal dan schuldig aan de oorlog?
door Johan de BooseZaterdag 25 juni 2022, De Standaard
Als de oorlog in Oekraïne ooit stopt, begint er geheid een burgeroorlog, schrijft Johan de Boose. Toch als de Russische taal en cultuur er daadwerkelijk worden gecanceld.
https://www.standaard.be/cnt/dmf20220624_97671599
Poëzie is staatsgevaarlijk
door Johan de Boose,schrijver en Oost-Europakenner
Maandag 13 juni 2022, De Standaard
Komen de Russen ooit in opstand tegen Poetin? Velen onder hen gedragen zich als geslagen honden, schrijft Johan de Boose, maar de schreeuw van de enkeling geeft hoop.
Tijdens een rit door Vladivostok – de meest oostelijke stad van Rusland en de eindhalte van de Trans-Siberische spoorlijn – wees mijn vriend Aleksander me het lokale voetbalstadion. Hij had als kind nog op het braakland rondgedwaald en geregeld witte scherven in de aarde gevonden, die menselijke botjes bleken te zijn. In Stalins tijd stond op die plek namelijk een kazerne, waar gevangenen werden vastgehouden voor ze naar de dodenkampen van Kolyma en Kamtsjatka werden gestuurd.
Na Stalin werd het terrein volgestort met beton en verrees er een sportstadion. Eén gevangene, die in het kamp was omgekomen van uitputting, kreeg een standbeeld: Osip Mandelstam.
Je kunt niet over de Russische poëzie spreken zonder hem tegen te komen. Hij had maling aan politiek, maar zijn grappige vergelijking van Stalins snor met een kakkerlak deed hem de das om.
Hij opperde herhaaldelijk dat poëzie schrijven in Rusland een staatsgevaarlijke zaak was: je kon ervoor ter dood veroordeeld worden. Het was zijn eigen lot, en dat van onnoemelijk veel anderen. Zijn weduwe, Nadjezjda, zou later zijn verzen uit het hoofd leren en de papieren versie verbranden.
Byzantijnse gehoorzaamheid
Op de website van The Guardian verscheen onlangs een korte documentaire over Russische vrouwen die zich verzetten tegen de oorlog die Poetin met hypocriete consequentie ‘een militaire operatie’ noemt. In gedachten loop ik dezer dagen vaak door mijn favoriete Moskouse en Petersburgse straten, in het besef dat ik ze wellicht nooit meer zal zien.
Deze maand kun je in Petersburg over de koppen lopen vanwege de legendarische witte nachten, die, zoals ik zelf mocht ervaren, een bijzondere roes veroorzaken, zelfs zonder roesmiddelen.
Tijdens mijn virtuele wandelingen kwel ik mezelf met de vraag hoeveel Russen momenteel de moed zouden hebben om door de mist van propaganda en leugens heen te zoeken naar de waarheid, en hoeveel van hen vervolgens hun nek zouden durven uit te steken of hun stem zouden durven te verheffen.
Er is uiteraard een groot percentage onverschilligheid en er is een obligaat percentage Byzantijnse gehoorzaamheid, maar wat met het percentage protest? Het filmpje van The Guardian geeft een gedeeltelijk antwoord.
Op gevels, lantaarnpalen, sokkels en bushokjes staan subtiele slogans: ‘Nee tegen de oorlog’, ‘Poetin is de dood’, ‘Rusland is niet Poetin’ enzovoort. Het protest heeft geen stem, maar wel een taal. En een beeldentaal. Zo volgen we in het filmpje drie vrouwen.
De eerste, Daria, sprak zich op TikTok uit tegen de oorlog. Ze kreeg de volgende ochtend bezoek van de politie, die haar bedreigde met vijf jaar cel. De tweede (die anoniem blijft) ging met drie witte anjers voor het standbeeld staan van Sjevtsjenko, de belangrijkste Oekraïense dichter. Zij werd door een voorbijgangster met beledigingen overladen.
De derde is de befaamde schilderes Jelena Osipova, die de blokkade tijdens de Tweede Wereldoorlog nog heeft meegemaakt en tegenwoordig op straat verschijnt met pancartes waarop ze soldaten oproept om de wapens neer te leggen. Drie buitengewoon ontroerende mensen.
Met de hand op de lens
Het is dichterlijk verzet, stille weerstand, de subtiele schreeuw van de poëzie. Ik weet tot welke categorie deze vrouwen behoren. Daria, die het bericht tiktokte, doet me denken aan een vriendin van me in Petersburg, Sasja, een hartstochtelijke pleitbezorgster van het Nederlands.
Een paar maanden geleden stuurde ze me nog een foto van haar bureau, waaraan ze mijn boek aan het vertalen was. Ik vraag haar geregeld hoe het gaat, maar ze durft niet meer te reageren omdat ieder woord potentieel gevaarlijk is. Het woord ‘vrede’ bijvoorbeeld.
Als ik het meisje met de witte anjers zie, moet ik denken aan een wandeling die ik in 2018 maakte door het Gorkipark in Moskou, ’s ochtends vroeg na een WK-wedstrijd, toen ik voor Radio 1 door Rusland trok om de temperatuur te meten bij de mensen die tot voor kort nog in een gigantische gevangenis leefden.
Ik ondervroeg jongelui, jonge meisjes en jongens, over waar ze van droomden, waar ze op hoopten, in welke wereld ze wilden leven. ‘Het gaat veranderen’, zeiden ze met de hand op de lens van onze camera. ‘Het móét veranderen.’ Tegelijk gedroegen ze zich zo mak en laf als een geslagen hond, maar ik las de energie in hun blik.
De oude Jelena herinnert me aan de overlevenden van de Blokkade, die ik meer dan tien jaar geleden in Rusland interviewde om research te doen voor Bloedgetuigen, mijn roman over de Tweede Wereldoorlog, het beleg van Leningrad en de Vlaamse collaborateurs.
Die vrouwen hadden de hel overleefd en hoopten maar één ding: dat niemand ter wereld ooit zoiets zou hoeven mee te maken.
Inwisselbare namen
Het officiële Rusland wentelt zich in zijn slachtofferschap. Het verwijst naar de miljoenen doden tijdens de Tweede Wereldoorlog en beschouwt zich momenteel als een potentieel slachtoffer van nationalistische (lees bijna nazistische) buren. Het concludeert op machiavellistische wijze dat álle middelen geoorloofd zijn om zich te verdedigen.
Het oude adagium dat in het verleden zowel door communisten als door fascisten werd gebruikt, en eigenlijk door iedere totalitaire grootmacht in de geschiedenis, luidt: ‘Een volk is meer waard dan een enkeling’.
Ook nu dus weer. Het totalitarisme heeft – bedenk ik terwijl ik in gedachten door de witte nachten van Petersburg loop – inwisselbare namen, en dat is het absurde aspect van deze oorlog: Rusland wil Oekraïne denazificeren met onmiskenbaar fascistische middelen (denk maar aan de aanwezigheid van de Wagnergroep in Donbas), terwijl de echte fascisten in Oekraïne (die zijn er wel degelijk, een minderheid, bijvoorbeeld in de Azovstal-fabriek) de democratie verdedigen. We leven in een omgekeerde wereld.
Tegenover die tomeloze waanzin, waar straks kop noch staart meer aan te krijgen is, staat de eenvoud van het individuele protest, de stille schreeuw van de weerloze enkeling. Van drie vrouwen bijvoorbeeld, van een woord op TikTok, een anjer, een pancarte.
Poetin wil de grootsheid van de Sovjet-Unie herstellen. Hij is alvast in één facet geslaagd: het stille woord en het poëtische verzet zijn weer staatsgevaarlijk geworden. Er staat vijf jaar celstraf op.
Mandelstam heeft, 84 jaar na zijn dood, nog altijd gelijk.
Johan de Boose
https://www.standaard.be/cnt/dmf20220612_97584928
Lees verder (inhoud juni 2022)